ignotum pro magnifico

"het onbekende geldt als prachtig"

zondag 12 september 2010

Og þetta er bara byrjunin (En dit is het maar een begin)

Góðan daginn!

Weer even tijd voor een blogberichtje, dacht ik bij mezelf. Alles gaat hier nog steeds heel erg goed, gelukkig!

Vorig weekend was het een druk weekend. Twee feestjes. Zoals ik al van véél mensen heb gehoord: “amai Eva, het gaat daar nog al aan toe! Zoveel alcohol”. Ja dat klopt, bij elk feestje gaat er overdreven veel alcohol mee gepaard. Niet drinken is een uitzondering hier. En voor diegene die zich afvragen als ik me dan élke keer mee ‘bezat’: nee hoor. Vrijdag ben ik naar een housewarming party geweest, Dagbjört ging samen wonen met haar vriend in een appartement en dat vierde ze met een feestje. Dagbjört is een goede vriendin van Katrín en echt een heel lief meisje. Het feestje begon rustig, maar eens de alcohol door het bloed stroomde werd het wat anders. Op een gegeven moment waren er zelfs twee jongens aan het kussen en had er iemand in de droogtrommel van Dagbjört geplast... Ook had iemand met rode wijn geknoeid op haar tapijt en toen heb ik haar het zout-trucje geleerd. Ze was zo blij dat ik haar hielp! Ik praatte even met Sunna, een meisje van Frans en haar vriend (van Londen) Ben. We waren de enigste buitenlanders op het feestje en we keken elkaar aan met een blik die genoeg zei. We bleven niet zo lang. De rest ging nog even door naar de stad, maar ik ging al slapen want de dag erna was het Ljósanott. Ljósanott was erg gezellig. Op voorhand gingen we naar Villi’s (zeg je als willie) thuis. Het was er super gezellig, de ouders van Villi zaten er ook gewoon bij. De papa deed me een beetje aan mijn papa denken: eten geven aan iedereen, zijn brilletje op de neus houden en gewoon genieten van de avond. Hij had trouwens een héérlijk gerecht gemaakt, toen ik vroeg voor het recept zei hij: ik weet dat niet meer, ik probeer maar wat! Geeft héél goed weer hoe de IJslandse keuken is, maar daar kom ik later nog wel op terug. Op een gegeven moment speelden er een paar jongens gitaar, iedereen zong uit volle borst typische IJslandse liedjes mee. Het was heel gezellig. Niemand was er dronken ofzo, dus het bleef een gezellige avond. We zijn dan even naar het vuurwerk in de stad gaan kijken. Ik vond het echt het mooiste vuurwerk dat ik ooit gezien heb. Daarna gingen we naar Manhattan, de favoriete club in Keflavík. Nu genoeg feest-praatjes.





Nu terug wat cultuur! Ik heb eindelijk Reykjavík centrum gezien! En ik ben er mijn hart er verloren om het zo te zeggen. Zo’n magisch gevoel toen ik door de stad reed heb ik nog niet veel gehad. Het is niet hetzelfde als in Londen, Barçelona of Parijs wandelen. Het is misschien omdat IJsland me zo enorm fascineert dat ik zo’n gevoel had, ik weet het niet. Misschien ook omdat Reykjavík niet zo bekend is als andere grote hoofdsteden zodat alles supernieuw is voor me... Ik voelde me echt een toerist. De meesten die me kennen weten dan dat mijn fototoestel zeker niet weg te denken is (zie foto’s in het album Reykjavík).

We hadden niet veel tijd om alles te zien. Dus ik heb gewoon een kleine, snelle indruk van Reykjavík. Maar wat ik kon zien, heb ik gezien. De reden dat we naar Reykjavik gingen was omdat Katrín een adresje had waar ze vintage kleren verkochten. Toen we aankwamen op de plek bleek het een cafeetje te zijn. We gingen naar binnen, er hing een supergezellige sfeer en we gingen naar boven. Daar stonden drie enorm hippe meisjes de kleren te verkopen. Maar de verkoop was eerder op de dag geweest dus heel veel dingen waren al weg. We zijn ook naar de vlooienmarkt geweest die er elke week is, maar ook hier hadden we niet genoeg tijd. Ik heb echt daaagen nodig om alles fatsoenlijk te ontdekken. De hoofdstraat Laugarvegur heeft enorm orginele winkeltjes. Geen enkele cliché winkel als H&M, Zara of Esprit vind je hier. Alleen maar artistieke winkeltjes. Toen ik door Laugarvegur liep, was er ook ineens een tweedehandsverkoop gewoon op straat.
En als je door de stad loopt zie je allemaal hippe mensen in de straat wandelen. Toen ik in een winkel was zag ik zo een énorm schattig IJslands jongentje. Een knap blond kindje met zo'n schattig truitje en lieve laarsjes. Toen vroeg ik aan z'n oma of ik van hem een foto mocht trekken. Haha, ik moest hem vast hebben gelegd! Reykjavík is een kleine hoofdstad, maar zo gezellig. Veel koffiehuisjes en de creativiteit bruist er, dat voel je.


Thuis gekomen heb ik zelf eten gemaakt. Pasta met kaassaus. Het viel in de smaak. Zoals ik al eerder heb vermeld trekt het eten echt op niets. En het betert ook niet. Ik denk zelfs niet dat mijn gastmama weet hoe te koken. Basisingrediënten zoals gewoon peper of bouillon hebben ze hier niet in huis. De eetgewoontes hier zijn heel vreemd. Wat (fastfood) uithalen ofwel kookt amma, maar dit is dan typisch IJslands zoals vis of lam en géén groenten! Ik neem het hun niet kwalijk want het probleem is gewoon dat ze niet weten hoe te koken! En ik ben nu hier, dus moet ik me aanpassen. Maar ik probeer toch wel wat op te letten. Dat is eigenlijk het enigste negatieve dat ik tot nu toe kan zeggen: het eten. Ik word precies genoodzaakt om zelf te koken. Gelukkig kan ik dat (danku mama en papa!). Maar daar kruipt zoveel tijd in: naar de winkel gaan, eerst opruimen (ik kan niet werken in een rommelige keuken) en dan ook nog zeker zijn dat al het materiaal in huis is (zoals ze bijvoorbeeld geen mixer hebben, hoe kan ik nu soep of koekjes maken?). Dat frustreert me wel een beetje. Maar vandaag bijvoorbeeld kwam Magnea thuis en had ze een slaatje uitgehaald voor me. Nooit gedacht dat ik zo blij zou zijn met gezond eten! En volgens Katrín kom je niet bij van fastfood ‘’cause I live on it!’’ haha.

Op school gaat nog steeds alles goed. Ik ben gestopt met Frans, het was echt té gemakkelijk en veel te saai. We zaten ook maar met 8 in de klas. Ik heb in de plaats toneel gekozen. En het loont echt de moeite volgens mij. De eerste les was ik al meteen te laat want ik had nog maar net mijn schema laten veranderen of ik had al toneel. Ik zei goede dag tegen de lerares. Ze vroeg vanwaar ik kwam, ik legde uit dat ik van België was en in het nederlandstalige deel (dat moet ik elke keer uitleggen als ze me dat vragen). Toen zei ze “tala holensku?” ik zei “ja” en ze zei “nou wat eeenig! Meen je dat nou? Hoe leuk!” haha. Ze sprak dus Nederlands. Vroeger was ze met AFS naar Nederland geweest en ze sprak het nog erg goed! Heel vreemd om ineens Nederlands te spreken, maar ik voelde me er zo fijn door. De groep van toneel is groot en gezellig. Ook Dagbjört doet toneel en Loïc, de Franse jongen. Er zitten ook veel andere buitenlanders in de klas. Zoals Vivian, een meisje van Kenia (ze is pas nieuw) en nog anderen die hier op een of andere manier ‘beland’ zijn. Dus de lerares spreekt ook Engels voor ons. Dan heb ik laatst mijn eerste toets van Engels gehad. Té hilarisch eigenlijk. De te kennen woordenschat was van een aardig niveau en het waren ook wel veel woorden. Ik had gewoon goed geleerd. Toen kreeg ik de toets. Zonder overdrijven was ik na 7 minuten klaar (dan mag je gewoon de les verlaten). Belachelijk gemakkelijk gewoon: de zinnen waren letterlijk overgeschreven vanuit de bundel. En alle antwoorden stonden klaar, je moest ze alleen plaatsen. Haha, in SAB was het Engels wel van een véél hoger niveau. (Danku mevrouw Fransen, haha!). De dag erna bleek ik dat ik de tweede beste van de klas was: 94 procent. En geloof het of niet, maar er waren misschien 7 mensen gebuisd. Ineens was ik blij dat ik zo goed heb moeten leren op Sint-Augustinus! Wat we bij wiskunde zien is ook heel gemakkelijk, omdat ik het al heb gehad. Mijn eerste huiswerk had ik 9/10 en mijn tweede 3.5/10; omdat ik het IJslands niet zo goed snapte! De leerkracht van Photoshop is heel aardig tegen me. Het is eigenlijk meer zelfstandig werk: de opgave staat helemaal uitgetypt en af een toe een printscreen van Photoshop. Maar aangezien ik nog geen hele teksten IJslands kan lezen volg ik niet altijd. Ik probeer dan maar wat, wat vrij frustrerend is. Of dan vertaal ik de tekst via google translate, maar wat daar soms uitkomt trekt op niet veel! De leerkracht zei me dat ik altijd alles mocht vragen.

Ik heb ook een kleine AFS-meeting gehad met een AFS’ers van Reykjavík. We spraken af in Kringlan (het grote shoppingcentrum) en aten samen. Er was ook een Amerikaans meisje meegekomen van Rotary, die bij Alice (Italië) en Laura (Wallonië) op school zit. Het was heel gezellig. Daarna gingen we naar het centrum. We namen de bus naar de stad, een paar minuutjes op de bus zitten.
Daar dronken we een lekkere warme chocomelk in een koffiehuisje. Anna (Japan) en ik waren de enigste van Keflavík. Ik had haar meegevraagd (ze heeft geen Facebook of niets waar je haar op kan bereiken). Ik vind het een beetje triest. Ze spreekt een klein beetje Engels, maar niet veel. Je kan helemaal geen conversatie met haar beginnen. Hoe hard ik ook probeerde, er kwam niets uit. Ze antwoordt alleen ja of nee. Ik dacht, begin dan eens over Japan of over haar familie. “Is het erg verschillend met Japan” en zij “ja”. Heb je veel contact met je familie in Japan “nee”. Ze doet ook geen moeite om iets te zeggen. Ik vind het gewoon triest voor haar omdat ze op zo’n manier zich niet kan ontplooien. Ze kan tenminste enthousiast zijn door al moet het met gebaren iets te zeggen. Ik vind het gewoon jammer voor haar. Maar het was een geslaagde dag en we gingen terug naar huis. Huggi (de vriend van Magnea) kwam ons ophalen.

Thuis gekomen had ik nog even met mama en papa geskyptet. Dat deed me nog eens goed. Thuis gaat alles ook goed met Zihan (de Chinese uitwisselingsstudent), alleen weet hij nog niet zo goed hoe te fietsen en eet hij gebogen over zijn bord! Maar ze vertelden me dat mijn moeke in het ziekenhuis ligt. Dat is natuurlijk wat minder om te horen. Ze willen me niet ongerust maken, dat snap ik wel. Maar papa zei me dat het echt niet zo goed gaat. Maar ik hoop erop dat het tijdelijk is en het goed komt. Ik denk aan je, moeke.

Ohja, ik ging zwemmen. Voor wat te sporten. Ik heb een halfuur baantjes getrokken en daarna afgekoeld in de heerlijke warme hottub van 43 graden. Toen ik eruit ging was alles precies zo opgezwollen door de warmte. Maar daarna voelde ik me zo fris!

Ik ben ook even met Ómar (de vriend van Katrín) naar Hafnir (zeg: Hapneer) geweest terwijl Katrín aan het werken was. Ik had hem verteld dat ik wat meer van de natuur wou zien. Omdat ik tot nu toe alleen in mijn eigen stad zit of naar Reykjavík gegaan ben. Als het eenmaal aan het sneeuwen is kan ik misschien bepaalde dingen niet zien. Hij houdt van zijn land en vindt het dus super om me alles te laten zien. Hafnir is een vissersdorpje met 100 inwoners.

De weg naar daar was zo mooi! We stopten even en maakten foto’s. We liepen op stukken grond waar normaal de zee is. Dus het was erg moerassig, maar zooo mooi. Hemels. Wetende dat op dat stuk misschien zelfs niemand ooit heeft gelopen. In België zou er meteen op zo’n soort stuk natuur een bord staan met ‘verboden te betreden’. En dit is nog maar het begin. Dit is een dorpje net buiten mijn stad, dus wat de rest van IJsland me te bieden heeft, daar kan ik alleen nog maar van dromen. Maar alles op z’n tijd!


We gingen eten bij Amerikaanse vrienden van Magnea. Heerlijk eten! Ik was uitgelaten omdat iemand gewoon lekker had gekookt. Het was erg gezellig en het dessert overheerlijk!



Alles gaat hier nu z’n gangetje... Ik help nog steeds mee afwassen en poetsen in het gezin. IJslands begin ik meer en beter te verstaan. Ik verlaat zonder na te denken de les om wat drinken te gaan halen: dus ik begin me hier wel aan te passen!

Ik hoop dat ik jullie nog steeds wat kan boeien en sorry voor de massa’s tekst. Hopelijk schrikt het niet af om er aan te beginnen lezen.

Bless-bless, Eva.

vrijdag 3 september 2010

Tweede bericht

Hæ hæ!
De voorbije dagen zijn om-ge-vlogen. Vandaar dat ik even geen up-dates meer heb gepost. Sorry daarvoor, want velen onder jullie zijn wel nieuwsgierig naar wat ik allemaal gedaan heb.

Op school gaat nog steeds alles heel goed. De derde schooldag was Katrín ziek en moest ik alleen gaan. Om eerlijk te zijn had ik in het begin wat schrik, omdat ze mij de eerste dagen een beetje hielp met alles uit te leggen en te zeggen waar alles was. Maar tijdens het eerste uur wiskunde, leerde ik al gauw een meisje kennen: Viktoria. We hadden veel gepraat tijdens de les en naderhand vroeg ze me tijdens de middag mee om wat te eten. Samen met een andere vriendin van haar gingen we een broodje halen in de Subway en aten we dat op in Viktoria´s appartement. Viktoria is 18 jaar en leeft alleen met haar vriendje. Dat is iets wat me direct opviel, heel veel jongeren wonen al erg vroeg alleen. Nu, Viktoria is wel een uitzondering want haar papa is vorig jaar gestorven en haar mama woont in Zweden. Maar, buiten dat, zijn er echt veel jongeren die alleen wonen. IJslandse jongeren kennen veel vrijheid. Bijna iedereen komt naar school met de auto (of ze rijden met vrienden mee die een auto hebben). Hier heb je je rijbewijs als je 17 bent en om je rijexamen te halen is helemaal niet zo moeilijk als in België (Bijna iedereen rijdt trouwens ook met een automatische auto.) Viktoria is heel aardig voor me, ik zei veel bedankt om me mee te nemen of bedankt om dit en dat en toen zei ze: we zijn vrienden, je moet niet zoveel bedankt zeggen, dat doe ik graag voor je.

De IJslandse lessen die ik krijg zijn erg zinvol. Ik heb twee keer IJslands, in de ene les doen we meer lossere dingen zoals spelletjes spelen en film kijken (in het IJslands uiteraard) en in de andere klas leren we meer over de klanken en leren we nieuwe woorden. In deze laatste les zitten veel andere buitenlanders, jongeren die hier al langer wonen. Er zitten misschien 7 Polen in de klas, 2 van de Filipijnen en 2 van Albanië. En dan Loïc en Anna van AFS (van Frankrijk en Japan). De lerares heeft ons opgesplitst in groepjes want het niveau verschilt te hard.

De avonden na school zijn gevuld met allerlei 'activiteiten', tijdens de eerste week ging ik vaker met Katrín en Ómar rond rijden. Ze zijn zo blij om me alles te laten zien, ze zijn trots op hun land. We gingen naar een vuurtoren, bezochten een oud kerkje en reden wat door de stad.



In Keflavík heb je een grote ´hoofdstraat´ waar iedereen altijd over rijdt. Dan kijken ze wat er te doen is. Op deze straat liggen de uitgaansplekken en een paar winkeltjes. Als ze niets te doen hebben komen ze naar deze straat en vooral omdat het te koud is blijven ze in de auto zitten en rijden ze de straat een paar keer op en af. Op het einde van de straat heb je een ijsjesbar en op de parking daarvan ontmoeten de jongeren elkaar. Dan gaan ze met de auto langs elkaar staan om wat te praten. Een grappig zicht!


Dan op de vierde schooldag was er de dag voor de nieuwelingen. Op deze school zitten jongeren vanaf 16 tot ... jaar. Dat ligt eraan wanneer je je punten hebt behaald. In totaal moet je 140 punten hebben en je beslist zelf hoeveel en wanneer je ze neemt. Als je dus snel wilt afgestudeerd zijn neem je best zoveel mogelijk punten als je kan (elk vak heeft een aantal punten). Dus hier zitten ook nog jongeren van 20 jaar. De meesten zijn even oud als mij. In ieder geval, de dag voor de nieuwelingen. Ze heten Busar (meervoud) en een BUSI is dus de nieuweling. Als ze op school aankomen krijgen ze een grote stempel met BUSI op hun voorhoofd gedrukt. Moeten ze een blauw netje over hun hoofd doen en krijgen ze een oranje ballon met BUSI op.


De oudsten van de school (die dus dit jaar afstuderen, als alles goedloopt) mogen zich bezighouden met opdrachten verzinnen. Ze hebben zwarte gewaden aan en hun gezichten zijn helemaal zwart geverfd. Als de Busi´s ´s morgens aankomen moeten ze met hun outfit door de hele school kruipen. In een rij. De lunchruimte is verboden terrein voor de BUSI´s. Ik zat in de lunchruimte en er liep een Busi rond. Een van de plagers riep de Busi heel hard bij zich zodat iedereen het had gehoord, ik vond het best zielig. De Busi´s kon je dan ook de hele dag inhuren als slaafje. Zo had Ómar een Busi gevraagd om Katrín naar buiten te brengen. Wat een zicht!


We hadden maar een halve dag school en daarna werden de busi´s naar een plek buiten de school geleid. Daar ondergingen ze een soort van doop. Ze moesten iets vies slikken, de brandweer kwam om hen helemaal nat te spuiten en ze moesten een parcours afleggen waarbij ze in vissenwater moesten springen en een dode vis moesten kussen.



Ómar, Íris en ik gingen er samen naar kijken, terwijl Katrín ging voor haar rijbewijs. Die ze ook gehaald heeft! Om de dag af te sluiten en terug ´vrede´te nemen met de pesterijen was er een schoolfuif. Ik was uitgenodigd om bij Viktoria haar thuis op voorhand wat te gaan drinken. Samen met Katrín ging ik naar haar toe. Daar waren nog vier andere meisjes. En later gingen we naar het schoolbal. Er waren enorm veel dronken mensen, die zelfs niet meer op hun benen konden staan. Ik vond het niet zo´n fijne schoolfuif. Later gingen we naar de stad naar een bar die Manhattan heet. Daar was het wel gezellig en er kwamen veel mensen vragen wie ik was en vanwaar ik kwam. (IJslanders zijn heel gesloten als je ze op school tegen komt en op stap komen ze direct alles vragen.) Wat me wel echt opvalt is dat echt elk meisje enorm fel is opgemaakt. Ze zien er allemaal zo mooi uit vind ik. Maar als je dan weet dat bijna alle meisjes hun haren kleuren, naar de zonnebank gaan en veel make-up opdoen vind je ze al veel minder mooi. Wat ik ook heel veel zie is dat meisjes het mooi vinden om hun wenkbrauwen heel dik te verven. Als ze dus blonde haren hebben, verven ze dikke, bruine wenkbrauwen en dat is mooi. Haha, in Belgie zouden ze hun uitlachen.



Vrijdag na school gingen Katrín en ik naar de Blue Lagoon (Bláa Lunið, zeg je als blauwa loehnith). Daar had ik al zo lang naar uitgekeken, het was echt zaaalig! Het is een enorm modern complex met een zeer chique restaurant bij in begrepen. Voor toeristen is het erg duur: 35 EUR per keer. Maar IJslanders krijgen korting en wij hebben jaarabbonement. Het valt meteen op dat er veel toeristen zijn. Ik hoorde zelfs in de vluchte iemand Nederlands spreken. Het is een ondiep bad, waar je dus eigenlijk gehurkt moet inlopen. Het is belangrijk dat je je haren omhoog houdt en veel conditioner indoet (die je in de douches vindt) want er zit een bepaalde stof in de Blue Lagoon die je haar echt kapot maakt. Dat voelt enorm hard aan. IJslandsers lachen dan ook alle toeristen uit die kopje ondergaan met hun mooie lokken. . Katrín kende er een meisje die er werkte en ze gaf ons gratis een ijsdrankje. Heerlijk, zo warm en dan een verfrissend drankje. Er is een bar in het water en je betaalt de drank met je bandje en naderhand betaal je dat gewoon als je uit het bad komt. Ohja, je kan zo een wit masker op je gezicht smeren. Dat wordt dan heel droog en reinigt je huid. Als je dat eraf wast voel je zoo glad aan. Echt zalig.





´s Avonds moest Katrín werken en ging ik mee met Magnea en amma (de oma) naar Amerikaanse vrienden van Magnea. Het zijn collega´s van haar en ze hadden ons allemaal uitgenodigd. Vroeger was er in Keflavík een Amerikaanse basis van het leger. Vandaar de Amerikanen in Keflavík. Ze hadden zelf hamburgers gemaakt en een blue-berry-apple pie als dessert: heerlijk. Het waren heel gezellige mensen. Na het eten liet Magnea me de basis zien. Drie jaar geleden zijn al de Amerikanen daar vertrokken. En nu staat alles leeg: misschien 20 blokken mooie, nieuwe appartementen, een zwembad, sportzaal, winkels, kantoren: alles is nu leeg. Magnea werkte hier vroeger als HR manager. En ze werkte er zo graag, ze vond het ook triest om te zien hoe leeg alles nu staat. Misschien 4 blokken van de appartementen worden nu gebruikt. En raar maar waar, in eentje daarvan woont Viktoria! De appartementen zijn heel mooi uitgerust, erg goedkoopen en zo groot: je hebt een Amerikaanse ijskast, bad en douche, afwasmachine echt alles erop en eraan.

In het weekend heb ik Magnea helpen verven, ze was de hekken van de tuin aan het verven. Ik help ook altijd met de afwas en het opruimen, ze bedanken me daar zoveel voor, maar ik zeg niet dat dat hoeft, want ik woon er nu ook.

´s Avonds gingen we naar Ljósanott (lightnight) in een klein stadje naast Keflavík. Daar was muziek en circusacten en naderhand was er vuurwerk. Leuk om te zien, we gingen met Katrín, Ómar en Unsteinn (beste vriend van Ómar) maar ze vertelden me dat dat niets is in vergelijking met Ljósanott in Keflavík dit weekend, dus ik ben benieuwd. Ze houden deze Ljósanott om de geboorte van de stad te vieren.

Zondag aten we lam. En om eerlijk te zijn, ik vond het echt niet lekker. Zonder overdrijven: ik proefde precies nog de smaak van de stal toen ik het at. En die geur verspreidde zich ineens in alles: ook in de saus die erbij gemaakt was. Ik at niet zoveel dus.
Trouwens, ze eten hier zoveel fastfood. Ik heb echt schrik om bij te komen! Dus ik probeer het zo gezond mogelijk te houden.

Maandag pikte Viktoria me op. Ze pikt me elke morgen op. Magnea en Katrín vertrekken elke morgen om 8u en mijn les begint pas om 9 uur. Viktoria haar les ook, en ze stelde het zelf voor me op te halen, super lief. We gingen nog even naar de bakkerij, waar ze voor mij wou betalen maar dat hield ik toch mooi tegen. Na school gingen Katrín en ik naar de BONUS (de goedkoopste IJslandse supermarkt). We kochten veel groenten, ik kocht ingredienten voor soep, koekjes voor op school en allllesss wat we nodig hadden. Dat werd tijd want alles geraakte op en ik kreeg al schrik dat ze dat gewoon niet in huis hadden (zoals gewone choco). Daarna aten we bij amma thuis (Magnea was ziek en bleef wat slapen). De pot schafte vis en aardappeltjes (inderdaad, geen groenten). De vis was heeerlijk, ik vroeg nog bij. Na het eten kreeg ik precies wat honger en voelde ik me flauw, ik vertelde dat tegen Katrín. Ze vertelde me dat dat heel normaal was, want omdat de vis zo zuiver is (omdat IJsland het zuiverste water op de wereld heeft) bevat het ook niet veel andere stoffen. Ohja, iedereen drinkt hier trouwens kraantjes water, niemand koopt water in flessen omdat het water zo zuiver is en ze zoveel water hebben. Heel lang douchen de kraan laten open staan is dus ook niet uitgesloten.

Op 1 september maakte ik zelf soep, om maar gezond te zijn. Alles verliep goed todat ik de soep moest mixen. Ze hadden gewoon geen mixer... Magnea heeft dan ook nooit in haar leven soep gemaakt. (Dat zegt veel over hoe het eten in IJsland is). Resultaat: soep moeten mixen in een blender, dat verliep niet van een leien dakje. Maar uiteindelijk lukte het en iedereen vond de soep heerlijk. Na het eten ging ik met Viktoria, Katrín en Sara (beste vrienden van Katrín en ook bevriend met Viktoria, dus dat kwam goed uit) naar de Blue Lagoon. In de auto deden we de muziek heel hard en dat was fijn. Tegen elkaar spraken ze IJslands en om de zoveel minuten verontschuldigden ze zich tegen mij en zeiden ze: we zullen Engels praten. Maar ik zei nee, nee, dat is goed: zo leer ik het. Het was weer zalig in de Blue Lagoon. Ik voelde me geen toerist meer, eerder een IJslandse, veel toeristen dachten dat ook om dat de rest IJslands sprak. Trouwens, niemand merkt, totdat ik spreek, dat ik geen IJslandse ben. Zelfs tijdens wiskunde kijkt de leerkracht me recht in de ogen en legt de oefening uit. We gingen ook in een stoom sauna in een grot, dat bij de lagune ligt, zaalig!

Winkelen in Reykjavík: ok, we zijn maar 1 shopping‘mall´binnen gegaan en hier had je al de moooiste kleren. Reykjavík is een paradijs voor mode liefhebbers en ik ben nog niet eens in de echte winkelstraat geweest in het centrum met de echte unieke boutiekjes. Maar in het winkelcentrum had je alvast een superleuke tweedehands winkel, de Topshop (mijn nieuwe lievelingswinkel), Adidas winkel met heeel veel soorten verschillende kleuren (die bekende) vestjes, Zara en nog zoveel meer. Alles is zooo modern, een sushibar, Italiaanse eetbar, Subway, andere fastfood stalletjes, je komt er niets te kort. Maar zo lang bleef ik er niet om nog meer gezien te hebben. Maar het grote nadeel: het is zooo duur! Ik ben nog helemaal niet goed in het omzetten van de IJslandse kroon naar de euro, dus ik had ook echt geen idee hoeveel alles precies kostte. Daar moet ik toch een oplossing voor zoeken, altijd mijn IJslandse gsm of telmachinetje meenemen naar de winkels. Gelukkig is er een januari een groooote sale en daarna worden de winkels voor 2 dagen gesloten om een lading kersverse kleren in te laden (inderdaad, tijdens de sale wordt ALLES verkocht, volgens Katrín).


IJslands: Het begint me aardig te lukken. De taal is niet zo moeilijk als het in het begin op het zicht af lijkt. De nieuwe letters ( ð,þ,æ ) en de letters met accenten( í,ó,ú) schrikken vooral af. Eens je deze kent en kunt uitspreken lijkt het al gemakkelijker. Ik versta al veel woorden en luister goed naar de conversaties, meestal pik ik dan een of ander woord op en versta ik af en toe waarover het gaat. Ik vraag ook vaker wat betekent dit of dat. Maar dat betekent natuurlijk niet dat ik alles versta en het zelf kan spreken. Toch hebben al veel IJslanders me gezegd dat ik het juiste accent heb. In de IJslandse les zegt de juffrouw het constant. De franse jongen daarentegen heeft veel moeite met de uitspraak. De rollende R, de Engelse th en de andere binnensmondse klanken zijn moeilijk. Magnea zegt altijd dat ik het zo snel ga leren omdat ik alles van de eerste keer juist uitspreek. Mijn amma leert me vaker nieuwe woorden. Dan wijst ze naar de aardappelen en zegt:kartöflur. Ze spreekt een beetje Engels, maar van haar leer ik vooral IJslands. Ik spreek nu nog Engels, maar na een tijdje wil ik toch overschakelen op IJslands. Uiteindelijk merk je wel dat Nederlands en IJslands verwant zijn (Germaanse talen). Half twaalf betekent bijvoorbeeld half tólf. Wat veel gezegd word is ´Ég veitt´ (uitgesproken als je weit, klikt als ´je weet‘ op z´n hollands) maaar het betekent IK weet. Dus dat zorgt wel voor wat verwarring. Of ´strax´betekent nu, onmiddelijk. En ohja; voor papa, Jakob en Simon: vlot betekent flott, hahaha.

Om af te sluiten nog wat weetjes over IJsland/de IJslanders:
- Hier is een radiostation (FM957) die, zonder overdrijven ALTIJD dezelfde muziek afspeelt. En iedereen heeft deze radiopost dan ook opstaan, ik ben al de liedjes al zo enorm beu gehoord. (Dit is echt niet overdreven en zeker niet te vergelijken met Q-music of met MNM, het is veel erger)
- Als Ijslanders ja antwoorden zeggen ze dat soms heel vreemd: ze zeggen de ja met heel veel adem, precies een zucht ja. Heel vreemd om te horen. (Ja betekent trouwens já en zeg je als jaaauw)
- Hier is een telefoonnetwerk dat NOVA heet, iedereen heeft het (zoals proximus of mobistar). Je kunt gratis bellen en smssen met NOVA. Wat betekent dat iedereen maar dan ook iedereen altijd aan het bellen is hier, ongelofelijk. (En terwijl ik dit aan het schrijven ben krijgt Katrín net telefoon, geen leugen)
- Als je vertelt dat je dicht bij de grens woont en dus vaker naar Nederland of Duitsland gaat, vinden ze dit ongelooflijk. Ze kunnen zich dat gewoon niet inbeelden dat je met de auto naar een ander land gaat. Ze zijn eilandbewoners en als ze Ijsland verlaten is het ook nog eens super duur.
- Magnea heeft al een tijdje een Jacuzi in de ‘tuin’ staan. En volgende week komt er iemand deze installeren. Dus als alles goed verloopt hebben we binnenkort een jacuzzi. Dat gaat zo leuk zijn voor in de winter!
- Ik ga trouwens in de toekomst meer sportief zijn. Ik ga spinning volgen, het schijnt enorm leuk te zijn. En maar goed ook, ik wil niet bijkomen want ik word echt ondergedompeld in het fastfood.

Ziezo, ik verschiet van mezelf hoeveel ik hier heb geschreven. Hopelijk heb ik niet teveel tijd in beslag genomen en hebben jullie ervan genoten. Tot snel.

Liefs,
Eva